 |
Biologisch Tuinbouwbedrijf
De Hippolytushoeve
Noorderbuurt
17
Westerland
|

|
SKAL
6199
|
|
En Verder.... |
|
-
Voorpagina -weekbericht
-
Recepten - Bestelling
& bezorging
-
Bestelformulier
-
Waar kunt u ons vinden -
En verder
- |
|
- februari 2012 - |
|

|
Hiernaast geen vreemd schimmel en ook niet een
vergeten kerstverlichting. Het is
Nederland bij nacht. De foto is gemaakt door "onze
ruimteheld" André Kuipers. Op het moment van het
"shot" kroop Nederland ineen van de koude. Nachten van min
20 waren geen uitzondering. Het was de helderheid behorende bij de
"winter of death" die hier eventjes aan Nederland
snuffelde. Een prachtige foto, maar wel dankzij die bijna dodelijke
helderheid. En ook was daar die Elfstedenkoorts. Ons "ruimtehoofd" André vloog zelfs apart nog een
keer over het friese merengebied en stuurde ons zijn bevindingen.
Zet de muis op de foto en als je goed kijkt zie je zelfs het
veelbesproken zwarte gat van Balk waardoor de tocht der tochten geen
doorgang kon vinden. Goed gedaan André. Het is ook heel leuk om te
weten dat André zijn foto's naar ons toe stuurt om ons te laten
beseffen hoe kwetsbaar onze wereld is. Maar hoe kwetsbaar is die
wereld eigenlijk? Onderstaande foto heb ik genomen toen de
"winter of death" een dag voorbij was. De klokjes kwamen
te voorschijn toen de sneeuw in één dag gesmolten was. Maar voor
dat de sneeuw was gevallen hadden ze eerst vijf nachten min 10 tot
min 20 meegemaakt. Een wonder, dat ze dan weer meteen zo
tevoorschijn komen. Nou ben ik niet direkt Piet Paulusma, maar
ik heb zo het vermoeden dat het gat van Balk dit jaar niet meer
dicht zal vriezen. En dat André vanuit de ruimte nu de lente gaat
fotograferen.
|
|
|
-Terugblik op 2011 - |
|
Het
achterliggende jaar was - zoals elk
jaar - heel bijzonder. In elk geval "teelttechnisch":
Hiernaast ziet u bijvoorbeeld een foto van de pasgeplante
boerenkool. We moesten ze beregenen met de slang, want anders zou
het een drama geworden zijn...zo droog was het tot in de maand juli.
Hieronder kon u reeds het verhaal lezen van de wortelen die er heel
lang over deden en toch kwamen. Toen werd het begin augustus weer
natter, veel natter. Een spannend filmpje over wat er werkelijk pal naast ons land
gebeurde op 27 augustus spreekt boekdelen en kunt u tp://youtu.be/wFyYhh2kQp8jken. Ons land liep wel niet onder, maar die
nattigheid betekende voor de wortelen dat ze - eenmaal gekomen -
het niet zo diep hoefden te zoeken - gevolg: kortere wortelen dan
vorig jaar. En wat betreft de aardappelen: Goed gegroeid in de
ruggen - lekker veel - lekker groot - totdat ze in het hierboven
getoonde geweld bloot spoelden - althans voor zover ze in de top van de
rug zaten. Gevolg: veel groene piepers, wat vooral met de rode
aardappelen moeilijk uitzoeken is. En met collega's waren we reeds
eerder overeengekomen dat het geen sperciebonen-jaar was, en ook al
geen tuinbonen-jaar. Het was ook al een raar sla-jaar enzovoorts,
enzovoorts.....Moraal? Er bestaan geen gewone jaren, en dat is maar
goed ook..elk jaar is een bijzonder jaar. Want achteraf sta je er
toch van te kijken dat alles er toch gekomen is: bieten, wortelen,
aardappelen, bonen, de boerenkool, en noem maar op. Het éne jaar
wat meer, het andere wat minder, en dat is maar goed ook: Stel je
voor dat we konden regelen wat we zouden hebben; Dan zouden we nooit
tevreden zijn met wat we kregen. En daarom is een tuin ook zo leuk.
Ook al baal je af en toe als een stekker wanneer het niet lukt met
een bepaald gewas. Maar ook dat is elk jaar weer anders. Gelukkig. |
 |
|
- Heb je al
wortelen? - |
|
.....is op dit moment een veelgestelde vraag.
Hiernaast ziet u twee foto's van het stadium waarin ze staan. Boven ziet u het stadium waarin ze hadden moeten verkeren,
maar dit zijn zo de enige exemplaren op het hele land. De overige wortelen
bevinden zich in het stadium zoals u ze daaronder ziet. De allereerste
blaadjes die bovenkomen zien nog maar sinds twee dagen het daglicht.
Nu is me ooit
gezegd dat je als tuinder nooit wat "hebt" - althans daar
nooit maar van uit moet gaan. En dit jaar
werd me dat besef ten aanzien van de wortelen wel degelijk opnieuw
ingeprent.
Gezaaid op de derde
mei. Op de zelfgemaakte ruggen omdat ze dan - hoop ik - mooier van
vorm worden. Door dat zelf maken van ruggen verstoor je wel de
waterhuishouding - je onderbreekt de capillaire werking van de grond
in de rug - en dat is natuurlijk met die droogte van de afgelopen
tijd wel de goden verzoeken. 21 dagen is wel het uiterste dat je
moet afwachten, zolang kan het zaad erover doen om te kiemen en
boven te komen. Maar op 24 mei was er niets, nog helemaal niets, op
dat bovenste groepje na. Ik vreesde dat het daar dit jaar bij zou
blijven.
Maar op
pinkstermorgen - zag ik dat die anderen ook doorkwamen. Dat de
sprietjes zelfs met elkaar hele strepen vormden op de rug. Gelukkig
had ik mijn gedachte om ze maar allemaal opnieuw in te zaaien
onderdrukt.
Nu nog eens
terugtellend bleken de wortelen gekomen te zijn omstreeks de
veertigste dag. Bijna tweemaal de tijd die het normaal neemt. Maar
in dit jaar is er - qua landbouw - weinig normaal. Het getal van de
dagen was eigenlijk wel toepasselijk. Dat wordt in andere verbanden
wel gebruikt voor zaken die met geduld te maken
hebben.
|
 |
 |
|
- Een historisch
moment- |
|
 |
Een
historisch moment.....
... het regende - op maandag 9 mei 2011 -
twaalf uur twaalf om
precies te zijn. Er viel water op het land; gedurende tien volle
minuten. De buienradar bood het vooruitzicht dat er waarschijnlijk deze zelfde dag nog wat
méér zou vallen, geschatte tijd 15.30 uur, maar..dat laatste kwam
niet uit, het bleef bij die éénmalige happening van net na noen.
Bijgaande foto is niet die van
dat historische moment, maar wel van plantjes die daar om stonden te springen. De
komkommer en de suikermais. Inmiddels zijn ze dan toch maar
uitgeplant. Weer of geen weer. Verenigd met de sla, de andijvie, de
aardappelen, de bospeen, de wortelen en al die andere plantjes of ter kieming gelaten zaden, allemaal even hard aan het strijden
om water dat (nog) maar niet van boven kwam. Dat je dan toch gewoon
maar plant is alsof je
kinderen de harde wereld instuurt om het vanaf dat onafwendbaar
moment zelf te laten uitzoeken. Je kunt ze niet thuis laten
(staan). Dat moment gaat niet zonder de
zorgelijke vraag of het wel goed zal komen.
En toch zien we ze
groeien, en groter worden. Waar ze het nu precies vandaan
halen....je kunt het je haast niet voorstellen met die droogte. Diep uit de bodem?
Uit nachtelijke condens? Uit de lucht waar toch altijd nog wat
waterdamp in zit? Je staat er bij te kijken; het groeit toch, het
ten hemel schreiend geklaag der mensen over droogte desondanks.
Ik weet zelf nooit
zo goed wat ik moet vrezen als het heel erg droog is, ook niet als het
vreselijk regent trouwens. Elk type weer heeft haar voor- en
nadelen. In een droog jaar worden planten uiteindelijk sterker, minder
vatbaar voor ziek en zeer. In een nat jaar komen er weer meer kilo's
aan een produkt, tenzij de boel verzuipt. Je weet nooit van te voren
wat het zal worden. Misschien is het meest historische moment nog
wel het moment dat je toch maar gewoon begint met zaaien of planten, zonder de afloop te
weten; dat je het maar gewoon dóet. En wat het weer betreft: Wat
zijn nu de beste jaren? De beste jaren zijn die jaren, die
komen zoals ze komen. En daar is dit jaar, met tot nu toe 100
millimeter tekort aan regen, er ongetwijfeld één van.
|
|
|
|
- maart 2011 - |
|
 |
|
Het kwam er weer van -
het voorjaar! Na een winter die volgens ervaringsdeskundigen langer
was dan anders, eerder begon, wéér heviger ingreep in de
samenleving dan vroeger, kon ik dan eindelijk het ploegijzer weer
door de grond trekken. Hierboven, met trekker en ploeg geleend van
Bram en Ilse van de Buitenplaats, gaat de grond "om" - 30
centimeter diep. Ik heb mijn eigen "éénschaartje" nog
niet, zodat het fiatje het werk zou kunnen doen. Ploegen is altijd
leuk werk, vooral wanneer het recht gaat, de grond om komt te liggen
als basterdsuiker, wanneer je achteromkijkend ziet dat de voren weer
mooi aanéénsluiten, als wat er nog opstond onder komt (op de foto
gebeurt dat net met de prei van vorig jaar), en zéker wanneer je
werkend omringd wordt door de meeuwen die als de kippen bij de
wormen zijn. "Goeie grond" denk je dan "veel
wormen". Meeuwen storten zich achter de trekker als gekken op
het land en maken een hoop herrie, en trakteren je ondertussen
flink op hun uitwerpselen. |
Misschien dat ik volgend jaar - als ik
wel dat één-schaartje heb achter het fiatje, dat geen dak heeft
zoals deze Ursus, me bedenk dat ik een no-fly-zône had moeten
instellen met een bombardeerverbod voor meeuwen. Zit er daarentegen
een kievit op je land, die wacht tot je langs komt, die doet een
stapje achteruit, vervolgens een paar stapjes naar voren en pikt er
dan de wormen uit om eigenlijk een nog veel versere keus te hebben
dan de meeuwen. Soms is deze hele coalitie plotseling een tijd
verdwenen, dat ik denk "zijn er geen wormen meer?" Maar
dan is er gewoon ook ergens een andere boer aan het ploegen, of is
er iets lekkers op het Wad. Ze houden een hele grote buurt goed en
gemakkelijk in de gaten. Zo zie je maar, als je aan het ploegen bent
is er ook tijd om te beschouwen. En ondertussen komt je land er
"als nieuw" bij te liggen. We gaan nu natuurlijk percelen
uitzetten, veel stokjes en linten, en inzaaien - als eerste zijn de
tuinbonen aan de beurt. En zo komt alles weer in wording - hoewel
dat altijd weer sneller gaat dan je bij kunt houden. |
|
- september / oktober 2010 - |
|
Igor, Julia,....en
dan ook nog Karl!
De weerman zegt dat het
misschien wel een mooi nazomertje gaat geven omdat er momenteel drie orkanen
op de Atlantische Oceaan huishouden. Hun samenspel zou met een klein
beetje "geluk" in onze regio voor enige rust kunnen gaan zorgen. Een vreemde gedachte, dat het elders
woedend tekeer moet gaan, zodat wij nog net op tijd, door het oog
van de naald, de aardappelen kunnen oogsten. Op dit moment zie
je veel aardappelvelden waar de boer niet anders kan doen dan het graven
van een geul langs de akkerrand, zodat het water wat er ligt
misschien een beetje wegloopt. Je laat het wel uit je hoofd om er nu
met een zware machine
in te gaan omdat je dan de situatie alleen maar erger maakt. Ziet u
dus een boer met een schep, dan ziet u zorgen. Misschien dat ons
bovengenoemde, in alfabetische volgorde razende drietal, voor
verbetering zorgt. Het is te hopen dat ze op zee blijven, zodat ons
geluk niet afhangt van de verwoestingen elders.
Gelukkig kunnen wij zelf - wat betreft de
aardappeloogst - omdat we zo klein zijn - al snel het land op. Eén
dag droog weer doet hier al wonderen. Zo lukt het ons nog steeds om de wekelijkse hoeveelheid
aardappelen die we nodig hebben te oogsten; met een heel
klein machientje achter de tractor dat de ruggen losschudt; door het
uitrapen met de hand - heel " ambachtelijk" op de knietjes;
om daarna de oogst een tijdje te laten drogen op een ouderwets
horretje (bouwjaar 1923), waarna we ze kunnen inpakken en rondbrengen.
Opmerkelijk: Een
aardappel droogt werkelijk heel snel als deze de kans krijgt. Maar om
alles in één grote slag binnen te halen wachten we toch, net als
alle andere boeren, op die nazomer, op dat ten
onze bate samengaan van Igor, Julia en Karl. Bizar is het eigenlijk
wel.
|
 |
 |
|
|
 |
En verder..
...kijken we met
veel plezier terug op de open dag: alweer drie maanden terug.
Gelukkig hebben we dankzij een aantal bezoekers de foto's nog. En
foto's helpen altijd weer om optimistisch te blijven.
Het was een heldere,
strakke, warme. zomerse dag. We konden het niet beter treffen. 65
belangstellenden, waaronder ook veel kinderen. Ons
"Perron" (de overkapping voor de schuur) was voor de
ontvangst en de versnaperingen en het uitrusten na de rondleiding
ingericht met
zitjes en tafeltjes. Een gezellige aanblik. Men dacht vanaf de
snelweg vast:"Aha, een nieuw etablissement op Wieringen".
We konden een aantal rondleidingen door de gewassen geven waarvan
er één zeker meer dan een uur geduurd heeft. Zó groot kan dan
toch een kleine tuin zijn. Jaap Engel - de imker - had een
indrukwekkende, open bijenkast neergezet, waarin de koningin met
stip(zie foto), en bracht met zijn uitleg toch wederom de
bevestiging van de wetenschap dat het fenomeen "bijen" ons
verstand zeer te boven gaat. Zo alles met elkaar was het een hele mooie en
geslaagde dag, waarvan wij zelf in elk geval vonden dat we dat
volgend jaar absoluut weer willen organiseren.
|
|
|
 |
 |
|
|
 |
 |
|
|
 |
 |
|
|
 |
 |
|
|
 |
 |
|
|
Ondertussen....
..kijken we alweer terug op
een groeiseizoen. Wat gaat dat
eigenlijk snel. Ter illustratie daarvan hiernaast nog een foto
van de sperciebonen om te laten zien hoe snel het groeit, maar ook
weer gaat. De stokken
waren in een mum van tijd bezet door de planten, die op een bepaald
moment met ruim 15 tot 25 centimeter per dag groeiden. De bonen zijn
inmiddels zoveel mogelijk geoogst, maar een eigen "Igortje",
maakte daar halverwege de maand augustus een abrubt eind aan. Een
soort "ground zero" bleef er van over.Toch
hebben we nog liefhebbers voor de inmiddels grote uitgegroeide
bonen, dus laten we dat restant nog even staan. Die zijn voor de
zelfpluk op zaterdag.
|
 |
 |
Voor ons uit ligt nu
nog de oogst van de aardappelen, de wortelen, de rode bieten, de
pompoenen, de schorseneren, de bloemendaalse gele kool, de rammenas,
en de prei (maar die duurt nog even). Het was niet de mooiste zomer
die we ons konden voorstellen - hij was toch wel wat nattig om het
achteraf wat zacht uit te drukken. Klimaatsverandering? Niets groeit
zonder water, maar het water lijkt tegenwoordig wel erg geweld-dadig.
Dat Igor, met zijn Julia nu ook nog met Karl de Atlantische Oceaan
opzuigt en weer ergens neer doet komen is - in dat gelijktijdige -
een zeldzaam verschijnsel. Maar 't is ons geluk als dat een
redelijke nazomer teweegbrengt. De gedachte blijft wel nog wel even bizar. |
|
- juni 2010 - |
|
Open dag -
zondag 4 juli a.s. Op
zondag 4 juli aanstaande willen wij u uitnodigen om een kijkje te
komen nemen op het bedrijf. We houden dan een open dag tussen 10.00
en 16.00 uur.
Het heeft een tijd
geduurd voordat we dat eens aandurfden. Op een dergelijke dag wil je
wel dat de gewassen er zo voor staan dat het geheel
"toonbaar" is. We achten dat nu het geval. En het lijkt
ons ook geweldig leuk om het u allemaal eens van dicht bij en op
lokatie te laten zien.
Hier rechts de
sperciebonen in opkomst. De groei lijkt wat vertraagd, maar dat kan
komen door de kou die de afgelopen - inmiddels snel vergeten - tijd
stelselmatig is geweest. Daarbij hebben we ook te maken met de
droogte die op dit moment nog wel even lijkt te duren. Aan beide
faktoren kunnen we (gelukkig) zelf weinig doen, hoewel de foto's
onder toch suggereren dat de groei ondanks de omstandigheden gewoon
haar eigen gang gaat. Links de snijbiet centraal en rechts de
tuinbonen die over een week of drie oogstbaar zullen zijn. Daar
onder een view op de wortelen, de rode bieten en de aardappelen. Wat
de laatste betreft: Op de veelgestelde vraag of we "ze" al
"hebben" kunnen we antwoorden dat we hopen dat we midden
juli met het oogsten van de rode Raja en de Agria kunnen beginnen.
De beloofde webcam -
zie onder april / mei: Daarvan is alleen een eerste en een laatste
foto overgebleven. Het bleek toch heel moeilijk om dat wekelijks
goed bij te houden, de weersomstandigheden wisselden heel sterk, en
het cameraatje waarmee ik de foto's probeerde te maken heeft zijn
tijd ook wel gehad. Maar een verschil tussen begin en eind is
duidelijk waarneembaar.
Hopelijk tot ziens op zondag 4 juli
aanstaande. |

|
|

|

|
|
 |
|
|
|
- februari / maart 2010 - |
|
 |
Kosmisch. Is
dat niet mooi? De foto hiernaast is gemaakt met medewerking van
zoiets als de NASA - en laat een deel zien van het heelal - mogelijk
een paar miljard lichtjaren van ons verwijderd. Wat we zoal
kunnen waarnemen: Complete sterrenstelsels, zwarte gaten, wormgaten,
gaswolken, uit elkaar getrokken materie die ook vervolgens
weer inéén wordt geperst. In deze peilloze totaliteit is onze
aarde misschien wel het meest onbetekenende stipje. Dat besef
ontketent in ons een dringend verlangen: Zou daar ergens ver weg niet
ook nog een teken
van leven te ontdekken zijn? En zo ja, hoe ziet dat er dan uit? Wij
willen dat graag weten want dat helpt ons verder met de vraag
"Hoe is het mogelijk....,hoe zijn we toch allemaal ontstaan?"
En we willen dat antwoord nog snel krijgen ook, want dat heelal breidt zich
nog steeds uit. Voor dat we het weten zijn we te laat. Laat ons toch nog iets
over dat leven
- daar ver weg - ontdekken, in 's hemelsnaam. Ontdek
het hier en nu: Zet uw muis op de afbeelding en u ziet het positief van
de foto: Een close-up van een pompoen die de winter niet meer heeft
overleefd. Primaire levensvormen ontfermen zich inmiddels over de
vrucht en breken haar weer af, zodat de honderden zaden die ze nog
heeft opnieuw een kans zouden kunnen krijgen; ultiem kenmerk van het
leven. Maar voordat het echt helemaal zover kon komen heb ik de hele voorraad pompoenen die me nog restte geruimd en aan de
koeien gegeven. Het heeft hen inmiddels goed gesmaakt. |
|
Hier, rechts, een
door mij waargenomen planeet. Ze barst van het leven, want...gebruik
alweer uw muis...dit is weer een andere pompoen in voorjaars-tenue op weg naar een volgende
levensfase;
de ontbinding die voor haar eigenlijk heel normaal is in
februari, althans aan onze kant van de evenaar. Ondergang en
opkomst. Doorgang van het leven.
Zo zien we maar, hoe
kosmisch het leven zich vlak onder ons neus voltrekt.
|
 |
|
|
|
|
- januari 2010 - |
|

|
Het
nieuwe jaar.
Even
een klein fotootje van het landje zo ongeveer vlak voor de
kerstdagen. We hadden dus wel degelijk een wittige Kerst, iets dat
zeer zelden voorkomt. Zó wit was het dus - om niet te vergeten.
En het zag er mild uit. Later werd het nog witter, doch minder mooi en prettig. Voor zover
het nog harder sneeuwde, regende het meteen ernstige weers-waarschuwingen. Sneeuwduinen maakten de
wegen onveilig en onbegaanbaar. Zelfs op onze
Noorderbuurt kwamen mensen met hun auto vast te zitten, hetgeen
elders in Europa ook het geval bleek te zijn. Zo zie je maar, je
hoeft niet eens zover over de dam voor een welhaast continentaal
gebeuren: Europa "in de
ban van de winter". Gruwelijke foto's heb ik deze tijd niet
willen maken - het wit kan je ook teveel worden. Gelukkig: De
dooi nu schijnt weer de overhand te krijgen, en we zien na een ruime
maand gelukkig weer eens wat groen, hoewel dat groen er nog wat
kledderig en plakkerig uitziet. Jammer voor wie graag diep in
februari nog een Elfstedentocht had willen ontberen, maar wat ons
betreft houden we de winter liever maar weer voor gezien.
|
De foto rechts laat zien hoe één en ander
weer met kleur uit de barre winter tevoorschijn komt. In dit geval
gaat het om de Bloemendaalse Géle kool. Een soort Savoye, maar dan
niet donkergroen. Je kan zien dat de "dieren des velds" er
ook interesse in hadden, gezien de afgegeten bladeren aan de
zijkant. Ook het wild moet op een of andere manier de winter door
zien te komen: Niets is per slot van rekening helemaal voor een mens
zijn zelf. Toch hebben de hazen en de duiven in die harde-witte-koude-tijd nog genoeg voor ons laten staan, want van wat je hiernaast ziet
kan je - zolang de voorraad strekt - nog een heel knap kooltje
maken. Tekenend vind ik zelf, dat, tegen de donkere achtergrond van
de schuur, en tegen de nog donkergrijze kleur van de lucht,
het géél er zo uitknalt: De kleur van de Hóóp. Meestal beginnen
de lentegevoelens pas te kriebelen wanneer de narcissen bloeien.
Maar wij denken al weer aan de lente die komen gaat als we zien hoe
de Bloemendaalse kool de donkerste dagen heeft overleefd. Een
hoopvoller start van het komende jaar, door middel van deze kleur, kunnen we elkaar eigenlijk
niet wensen. |
|
|
- december 2009 - |
|
De vrouw
uit Broek. In het kaasmuseum in
Alkmaar valt een serie van 24 paneeltjes te bezichtigen waarop
diverse vrouwen uit Noordhollandse steden en streken zijn
geportretteerd. Deze serie is heel oud - de schatting is dat de
werkjes in de eerste
helft van de zestiende eeuw zijn geschilderd. Ze zijn van één maker doch
ongesigneerd; dat laatste schijnt helemaal te pleiten voor een zeer hoge
ouderdom van de schilderijen.
Eén van
de geportretteerden ziet u hiernaast: "Broker Vrou". Zeer
aannemelijk dat het gaat om een vrouw uit de streek ten noorden van
Alkmaar - het huidige Broek op Langendijk - de streek die al
tijdens de middeleeuwen bekend moet hebben gestaan als plaats
waar bij uitstek (de) groenten werden geteeld. En zoals de vrouw hier staat afgebeeld zal
het toen een bekend verschijnsel zijn geweest: Een vrouw
uit Broek die haar groenten verkoopt.
Deze afbeelding
had al wat langer een apart plekje in onze winkel, maar tot voor
kort hadden wij slechts de beschikking over een zwart - witte
versie. Maar
tot mijn grote vreugde vond ik recent op de website van het
bovengenoemde Kaasmuseum déze afbeelding
- in kleur. En zó heb ik deze dame ook onmiddellijk haar plaats
hergeven: Nu in haar kleurrijke schittering.
-
De
vrouw wijst op iets: Ieder zal dat in
deze tijd meteen herkennen als uien; nog steeds een prominent
onderdeel van ons aller dagelijks voedsel. Het toeval wil dat we
binnen
de voormalige stalruimten waarin zich onze winkel bevindt veel van
de uien precies zo ophangen als op dit portret: In bossen en
strengen. Nog steeds één van de beste methoden om
uien na de oogst te laten drogen en voor lange tijd te bewaren. Daar kan geen
droogwand met vocht-sensoren en computergestuurde ventilator tegenop.
Dat kan zo natuurlijk niet massaal - met duizenden tonnen
tegelijk - maar
dat is onze bedoeling ook niet. We willen net genoeg hebben voor de
eigen afzet, en dan is die oude bewaarmethode doeltreffend genoeg.
-
In het mandje liggen
wortelen, maar of het winterwortelen zijn zoals wij die kennen is de vraag. Oranje
penen waren omstreeks 1500 nog
niet zo heel wijd en zijd verspreid in Europa. Het is waarschijnlijker dat het hier
gaat om pastinaak. Tegenwoordig beschouwd als een "vergeten groente", maar in
de middeleeuwen waren pastinaken dagelijkse kost, net als die uien. Later
is deze groente qua gebruik ingehaald door de aardappel, maar in de tijd dat
de dame uit Broek werd vereeuwigd, was de aardappel in Europa
nog net
zo onbekend als de maker van het schilderij nu is. Het voedingsgehalte van pastinaak was - en is nog steeds - zeer groot.
Dat de schilder oog had voor detail blijkt ook door het plukje loof op de wortel helemaal rechts;
precies zoals het is geschilderd, groeit het nog steeds zo door bij
een pasgeoogste pastinaak. Het leven zit er nog in, een goed teken.
|

|
Ik
ben niet geheel ongevoelig voor nostalgie. Maar dat is niet de
belangrijkste reden om de dame haar plaats in de winkel te geven. Het schilderij brengt
toch ook een feest
van herkenning om de bovengenoemde punten. Daarom
hangt ze er niet zozeer om te adoreren hoe het vroeger was - wij
leven echt heel veel later. Maar ze hangt er misschien nog het meest
omdat ze met haar vinger wijst op de dingen die eigenlijk niet
veranderen - zoals die uien en die pastinaken. En ook vanwege het feit dat het weinige dat zij te bieden
heeft voor velen toch genoeg kan zijn. Misschien is dat laatste wel weer een
van de grootste vraagstukken van déze tijd.
|
|
- oktober 2009 - |
|
 |
|
Buitenaardse wezens
maken vaak graancirkels - zeggen ze. Dat is dan blijkbaar het enige
wat ze kunnen, want voor de rest doen ze nooit wat. Zo heb ik de
pompoenen uiteindelijk maar zelf op deze hopen gelegd - als
voorbeeld - als signaal naar de kosmos - mochten ze vanuit andere
sterrenstelsels meekijken. Mijn interstellaire - enigszins
overdreven - boodschap: "Wezens, doe de volgende keer eens wat
nuttigs en doe het dan zo!" |
De pompoenen
liggen hier op hopen zodat ze éven van de grond af zijn en de
"ligplekken" nog iets droger worden dankzij de wind. Twee,
drie dagen hooguit, want ze moeten naar huis voordat de nachten te
koud worden. Op deze manier bij elkaar gelegd "raapt" het
ook nog iets makkelijker. Stuk voor stuk, kist voor kist. Het was
overigens echt een prachtige zomer voor pompoenen. Deze foto is nog
maar een tussenmoment van de oogst. Maar wel absoluut een plaatje
waard, zo met die felle kleuren. |
|
 |
 |
En zo - het Fiatje met
een platte wagen uit 1938 ervoor - twee bijgeknutselde kuubskisten -
de nodige ochtendgymnastiek - worden de pompoenen naar huis gereden, om
vervolgens in de bewaring te worden opgeslagen. Hier ligt nu plus
minus een kwart van de oogst. Bedoeld voor consumptie - niet zo zeer
voor de mooiheid bij voordeur of op de vensterbank. |
|
|
|
- augustus / september
2009 - |
|
Zoals het
elders "komkommertijd" kan zijn is het bij ons weer eens "pompoenentijd". Omdat we een relatief droge periode
tijdens de groei hebben gekend hebben de pompoenen zich goed kunnen
vormen,en naar het lijkt zal hun houdbaarheid daardoor waarschijnlijk heel goed zijn.
Pompoenen houden van warmte. Op de foto hiernaast ziet U
het resultaat van de eerste oogst: Slechts 2 a 3 meter van de
zijkant van het veld ligt daar nu te drogen.
Helemaal aan het
einde van dit "pompoenenlaantje" ziet U twee bijenkasten van
onze Imker - Jaap Engel. Hieronder een foto van
dichtbij.

Nog wezenlijker voor pompoenen dan temperatuur, is bestuiving van de bloemen. Is er geen
bestuiving, dan komt er geen vruchtbegin. En daartoe komen de kleine
hulpkrachten uit deze kasten. Geen bijen, geen pompoenen.....dat kun
je nog scherper stellen: Geen bijen, dan begint er helemaal niets. Nu zijn alle vruchten wel begonnen en ook uitgegroeid, maar het
werk van de bijen gaat nog wel even door. Er dient nectar te worden
ingevlogen. Hiernaast het
platform voor aankomst en vertrek van een nijver volk. Het is druk
op de basis. Eigenlijk is Schiphol daarbij vergeleken maar een
zeer saaie luchthaven met
haar
maximum van één aankomend en één vertrekkend vliegtuig per 45
seconden. Hier zijn op een plateautje van 30 bij 50 centimeter op het
moment van de opname 58 bijen in de weer, om te
lossen of er weer vandoor te gaan.Wijs met de muis op de foto en
"spot" een landende en een vertrekkende bij. Wie weet hoeveel keer
dit gebeurt, per bij, per
dag - en dat zeven dagen in de week.
Het resultaat van deze onderneming kent u
uiteindelijk ook als de Honing van Wieringen. Van de Pompoenkavel -
en van een flink gebied daaromheen uiteraard - is Jaap reeds aan het
"slingeren". Wie weet geeft ons veldje pompoenen aan die
honing ook weer een specifieke smaak. |
 |
 |
|
|
 |
|
Zuid-Frankrijk? De
druivenpluk? Welnee: Dit is de sperciebonentijd op de Noorderbuurt.
In het vorige seizoensverslag ziet u een foto van 7 juni j.l: De
stokken nog helemaal kaal. En nu, 78 dagen later, zijn de planten
menshoog en nog langer. Wat wil de boon? Tot in de hemel reiken!
Hier verrees de Neckar Königin - direkt linksonder in detail - een
lange, donkergroene boon waarvan menigeen zich afvraagt of het niet
een snijboon is. Toch zijn het echte sperciebonen.
Rechts van de
sperciebonen de venkel met haar anijsgeur, en daarnaast alvast een
voorproefje van de winter: Wortelen en prei, in sterke ontwikkeling
- wat vliegt de tijd! Per slot zit de R.
volgende week ook alweer in de maand. |
|
 |
 |
 |
 |
|
- juni/juli 2009 - |
|
 |
Het
kost in theorie maar een duizendste seconde om een foto te maken,
zoals ik in de voorgaande maand - (april !) - had beloofd. Maar in
de praktijk kan zoiets heel wat langer duren. Hiernaast ziet u de
eerste stellage voor de sperciebonen. De eerste bonen zijn
inmiddels gezaaid. Het witte dat u op de grond ziet liggen is een
vliesdoek dat bedoeld is tegen "inlopend gevogelte". Heel
hard nodig, want al meteen tijdens het zaaien werden we begeleid door
Moeder Merel
die, waar we ook graven en de grond bewerken, altijd met ons meescharrelt
op zoek naar wormen. Ze heeft een nest onder het afdak en vier
hongerige jongen houden haar flink aan het werk. "Gezellig" denk je dan,
als ze zo met je meehipt, totdat we plotseling
een aantal bonen naast het zaaibed zagen liggen. Er paste maar één
conclusie: De zopas gezaaide boontjes waren door de mevrouw in kwestie
in een mum van tijd uit het
zaaibed gesnaveld en, omdat het geen voedsel voor haar jongen
bleek, achteloos ter zijde geworpen; om nooit meer tot
kieming te komen. De natuur is keihard. Vandaar die witte
constructie. Als de plantjes groot genoeg zijn weet Moeder Merel wel
dat ze daar niet mee hoeft thuis te komen. Dan kan het vliesdoek er
wel weer af.
|
Over constructies gesproken: Het stevig aan elkaar binden
van die bamboestokken is ook nog een apart vak. Vorig jaar knoopten
we met van alles en nog wat, en nog gleden de bamboestokken langs elkaar
en leek het geheel niet erg bestand tegen inwaaiend gestorm. Maar, via een zeer
uitvoerige padvinders-website, hebben wij daar gelukkig wat op
gevonden: De Constrictor - een verbindingsknoop waarmee je zelfs een
piano naar de bovenverdieping van een flatgebouw kunt takelen: Die
Padvinderij is lang zo gek nog niet. Laat de natuur het nu maar
uitproberen. Wij hopen in elk geval dat door deze constructie de
Neckarköniging, want dat is de naam van deze spercieboon, zich langzaam
maar zeker - zoals een Boa - om de stokken gaat kronkelen en ons dit jaar weer die mooie, lange, donkergroene
bonen zal brengen.
|
 |
 |
En dan
nog iets over de tuinbonen. Dit is het stadium waarin ze er nu voor
staan. Hieronder een tikkeltje ingezoomd om uw en ons geduld nog
heel even op de proef te stellen. Een minuscuul boontje dat zich na
de bloei begint te vormen. Nog niet veel groter dan een lucifer. En
dan maar hopen dat er bij al die oostenwinden met dat mooiere weer
geen luis inslaat, maar daar is in principe de Dille voor bedoeld
die u op de linker foto onder het gewas ziet. |
 |
|
|
Een geduld dat ook op
de proef wordt gesteld is dat der aardappelen. Rechts ziet u het
gewas van de Raya die we naast de Agria weer telen. De plant komt al
tot ver boven de knieën, maar de pieper eronder doet nog geen duim.
Maar dat zal midden juli hopelijk wel anders zijn. |
 |
|
|
- april 2009 - |
|
April....doet wat hij
wil....dat merken we aan de warme dagen die er nu toch óók zijn.
Het was een lange, koude winter. Niet dat we maanden achtereen met de
arreslee erop uit moesten, maar we hadden wel erg lang koude nachten
terwijl het overdag maar een tikkeltje boven de nul uit kwam. Hoewel
het op die manier allemaal wat later leek te worden, konden we toch
in de laatste week
van maart de tuinbonen zaaien en de eerste plantuien in de grond zetten.
En de knoflook. En de eerste sla zaaien. En - precies zoals je het
wenst - in de eerste week van april de aardappels planten. De natuur
herstelt zichzelf dus blijkbaar. Eigenlijk is het toch wel
wonderlijk dat
alles weer op één en hetzelfde moment kiemt en uitloopt, begint te
bloeien en niet - om maar wat te noemen - een maand of drie later.
Bijvoorbeeld - een gekke gedachte - omdat de natuur (wat dat ook
moge zijn) de recessie (wat ook dat moge zijn) even afwacht, even haar krediet op slot zet,
ons niet(s) meer durft te lenen, of eerst met een voltallig kabinet
tot een akkoord moet komen, om ons dan pas toe te roepen
:"Met zijn allen!"...."Samen!"...."Het had
wat tijd nodig, maar dat was toch nodig om tot deze gezamenlijke
ingreep te komen die op lange termijn haar vruchten zal moeten
afwerpen!" Nee, zo doet de natuur dat gelukkig niet. De
natuur heeft zulks gelukkig lekker niet nodig. Zie immers de vogels.
Zie naar de bloemen. Die beginnen allemaal gewoon weer opnieuw..als de omstandigheden gunstig zijn
weliswaar...maar dat is eigenlijk altijd weer gewoon zo, rondom deze(lfde) tijd. |
|
|
|
|  |